Psychomotoriek

PSYCHOMOTORIEK

Psychomotorische therapie is voor peuters, kleuters en lagere schoolkinderen die problemen hebben met verschillende fijn -en grofmotorische vaardigheden. Hierbij komen vaak ook problemen met visueel-ruimtelijke vaardigheden, lateralisatie en organisatie-planning voor. 

Deze moeilijkheden kunnen veel oorzaken hebben: van bewegingsangst of impulsiviteit tot DCD en ASS. 


Behandeldoelen worden, best na psychomotorische testing, in samenspraak met ouders en school vastgelegd.


Volgende aspecten kunnen aan bod komen:

- grove motoriek: lopen, springen, trappenlopen, evenwicht

- fijne motoriek: knippen, plakken, parels rijgen, scheuren

- algemene lichaamscoördinatie en lichaamsbesef

- oog-handcoördinatie: gooien, vangen en mikken van een bal

- ruimtelijke oriëntatie/inzicht en ruimtelijke begrippen: werken met constructiemateriaal, plaats in de ruimte en op papier, richtingen

- aanleren van dagelijkse motorische taken: veters strikken, hanteren bestek, knopen of rits sluiten/openen

- lateralisatie: handvoorkeur, overkruisen van de middellijn

- zelfvertrouwen krijgen en meer plezier beleven aan bewegen